Op onze pagina kan je informatie vinden over de aandoening Folliculitis barbae en de bekendheid hiervan. Onze pagina is vooral bedoeld om mbo-professionals te ondersteunen. Wij hopen dat jullie hier iets aan hebben.

Folliculitis barbae is een inflammatoire aandoening van het gebied rond de mond, oftewel de baardstreek. De Nederlandse benaming is : ingegroeide baardharen.  De aandoening komt het meest voor bij mensen met een Afrikaanse afkomst wat meestal gepaard gaat met krullend haar. Folliculitis barbea komt minder voor bij mensen van een Indo-Europeaanse afkomst.

De aandoening Folliculitis barbae komt alleen voor bij een geschoren huidoppervlak. Het gaat vooral om haren die wanneer ze boven het huidoppervlak uitsteken, weer de huid in groeien.

De klinische kenmerken zijn pukkeltjes en puistjes meestal in de nek, kin en op de wangen. Op de bovenlip en in de nekplooien komt het bijna niet voor. De pukkels kunnen huidskleurig en geïrriteerd zijn, ook kunnen huidverkleuringen optreden. Symptomen van folliculitis barbea kunnen zijn : pijn met scheren, jeuk, stekend gevoel en pijn onmiddellijk na het scheren.

Het laten groeien van het haar is een goede oplossing. Ook het regelmatiger scheren van de baard kan ingroeiende haren voorkomen. Gaat het om een enkele haar dan kan je deze er ook uittrekken. Ook epilatie met behulp van laser of flitslamp is een optie. Na het uittrekken van de veroorzakende haar geneest de folliculitis spontaan. Opnieuw ingroeien van haren is echter moeilijk te voorkomen.

Zoals jullie hebben kunnen lezen in de voorafgaande tekst is Folliculitis barbae dus eigenlijk een veel voorkomende aandoening die vrij makkelijk te krijgen is. De aandoening heeft een ingewikkelde naam, als je de Nederlandse benaming gaat gebruiken “ingegroeide baardhaartjes” klinkt het al een stuk bekender. Hier hebben wij dan ook onderzoek naar gedaan. Wij vroegen ons af hoeveel mensen wél bekend zijn met de Nederlandse benaming in tegenstelling tot de Latijnse benaming van Folliculitis barbea. Ons onderzoek hebben wij uitgevoerd aan de hand van een enquête (zie figuur 1 en 2). Deze enquête is ingevuld door zestig respondenten, dit maakt ons onderzoek dan ook betrouwbaar. Hiernaast staan onze grafieken afgebeeld. Zoals jullie kunnen zien is er inderdaad een groot verschil tussen de bekendheid van de twee benamingen, bij Folliculitis barbae zijn er maar 25 % van de mensen bekend met de benaming en bij ingegroeide baardhaartjes is dit 56 %.

Ook hebben wij een intercollegiaal overleg gevoerd. Intercollegiaal overleg is het overleggen met mensen uit een andere zorginstelling, om zo een probleem op te lossen waar wij als huidtherapeut zelf niet uit komen. Moeilijke vraagstukken worden met behulp van anderen dan toch opgelost. Wat bij ons overleg vooral naar voren kwam is dat er voor veel problemen altijd een oplossing is, wanneer er goed wordt gecommuniceerd met de patiënt en wanneer er vanuit een ander perspectief naar het probleem wordt gekeken. Folliculitis barbea kunnen wij behandelen. Wanneer mensen toch last blijven houden is een doorverwijzing noodzakelijk om de patiënt te kunnen helpen.

Verder hebben wij een interview met een mbo geschoolde schoonheidsspecialiste afgelegd. Wij deden onderzoek naar de kennis van de mbo geschoolde schoonheidsspecialiste over Folliculitis barbae. Uit onderzoek is gebleken dat de kennis over de aandoening Folliculitis barbae bij de mbo geschoolde niet hoog ligt. Zij leren algemeen over de aandoening, niet specifiek. Als tips hiervoor geeft zij (Claudia Hesp) mee:
-       Het internet gebruiken:

        Hier is veel informatie te vinden over de aandoening en eventuele behandelingen.
-       Voor schoonheidsspecialiste die al in een salon werken wordt als tip meegegeven:

        Wanneer er patiënten komen die zij niet kan behandelen, verwijst zij die door naar een huisarts of huidtherapeut.

-       Van te voren vertellen hoe de behandeling gaat verlopen en wat de uitkomsten kunnen zijn.